Hier kun je al je vragen en problemen kwijt met betrekking tot de gezondheid. Raadpleeg uw dierenarts bij twijfel of urgente zaken.

Moderator: Lizzy

#497491
Als studenten echt Hills, Eukanuba en Royal Canin kopen met korting en gratis proefpakketjes kunnen meenemen dan is er wel degelijk sprake van sponsoring. Een sponsor is namelijk een persoon of organisatie, meestal een bedrijf (brokfabrikant), dat een activiteit, een individu, een gebeurtenis, of een groep personen (studenten) steunt door geld of andere middelen (korting, gratis proefpakketjes) ter beschikking te stellen, in ruil voor een commerciële of publicitaire tegenprestatie. Wat op de faculteit begint wordt doorgevoerd naar praktijk. Zo krijg je (voornamelijk) Hill’s praktijken, Euk. praktijken, RC praktijken, enz. Ik moet nog een gemengde praktijk tegenkomen waar al deze merken evenredig worden vertegenwoordigd. Bij de brokfabrikanten gaat het allemaal om het verkrijgen van een zo groot mogelijk marktaandeel en dat begint blijkbaar al op de faculteit met het geven van korting. Ik vraag me dan ook af in hoeverre de door de studenten geleverde tegenprestatie (het uiteindelijk verkopen van een bepaald merk) een objectief overwogen keuze is op basis van hun principes. Wordt deze keuze niet beïnvloed door de hoogte van de korting of het aantal gratis proefpakketjes?
Door Fido
#497497
Heb voorgaande gevolgd en wil jullie een mailtje van vorige week gestuurd naar Royal Canin niet onthouden.

Niet om ons op een voetstuk te plaatsen maar meer om te laten zien dat er ook da zijn die wel een eigen mening hebben en zeker niet de weg van de minste weerstand kiezen! ;)

Én gelukkig groeit de lijst pro-vers da wel nog steeds ;D

Heiloo, 15 februari 2006




Geachte heer PIIIEEEP ( :-X),



Ik heb alle literatuur/lectuur uit, tussen de opstart van het bedrijf door.

Het is deels consumentenlectuur. Waar kosten nog moeite door jullie bespaart blijven. Deels literatuur waar ik wat aan heb.

Royal canin is geen slecht voer.

Echter de prijs wordt door vele klanten bij ons als hoog ervaren.

Wat ik als kantekening heb is de apocalyptische verscheidenheid in onderhoudsvoer. Voer voor de Duitse herder, voor de Tekkel,....Oosters korthaar, pers, siamees.....

Zijn de verteringstelsels van al die honden en katten anders?? Het zijn fysiologisch qua vertering toch wolven en tijgers??

Het is betreurlijk dat er verscheidene additieven als ontstekingsremmers (Duitse Herders) in het voer gedaan worden.

Onze gedachte in het zakelijk concept Any Animal is dat de kat en hond , tijger en wolf zijn( qua vertering) en als dusdanig gevoerd moeten worden. Prooien dus.

Samengevat is dit mijn reactie.




Vriendelijke groet,



Erwin van Gijtenbeek
Dierenarts.
Door geer
#497503
Hihi... Waar andere bedrijven ontgroeningsgrapjes hebben als "Haal even het nippelaartje" of "De knipslijper"of "Kan jij die en die even bellen om een afspraak te maken voor 31 februari?", hebben brokkenfabrikanten volgens mij:

"Ga jij maar eens naar Natuurlijk!voor dieren" ;D
Door Fido
#497509
;D ;D ;D ;D ;D leuk hè?

We hebben nog steeds geen reactie terug :-\

Ach ja we zijn commercieel niet interresant genoeg en hebben heeeeeeel eeerrruuuuug ongelijk.
Jullie toch ook bij natuurlijk voor dieren? ;D ;D ;D ;D

Ideetje.......... natuurlijk voor brok ::) ennè... any brokkemal ::)
Door Duco
#498322
Daar lusten de honden geen brood van

Sappige kippetjes, verse malse steaks van het rund, verse granen zo van het land. Kortom de gezondste en lekkerste voeding die een hond zich kan wensen.

Dit zijn de argumenten die de fabrikanten van hondenvoeding ons voorhouden in hun reclame campagnes. En wij als consument, die ook het beste willen voor hun huisdier kopen de producten trouw.

Mijn vraag is: krijgt de consument ook wat ze beloven?

Als we de oorsprong en samenstelling van het gemiddelde hondenvoer bekijken blijkt dit helaas een illusie te zijn.

Wat de meeste mensen niet weten is dat de dierenvoeding industrie in de eerste plaats een verlengstuk is van de menselijke voedsel consumptie industrie, en de landbouw sector. Dierenvoeding voorziet in een markt voor slachthuisafval, granen die niet geschikt zijn voor menselijke consumptie, kortom afvalproducten die weer in winst omgezet kunnen worden. Dit afval bevat ook: darmen, ingewanden, uiers, slokdarmen, en mogelijk besmette en zieke delen van dierlijke afkomst.

De meeste honden (en katten) voedings fabrikanten zijn onderdeel van grote multinationals. Bijv. in de USA , Nestlè = Friskies, Colgate-Palmolive = Hill’s, Procter & Gamble = Eukanuba, Mars = Pedigree.

Zakelijk gezien is het voor de multinationals het in bezit hebben van dierenvoeding fabrikanten een ideale combinatie. De dierenvoedingstak van zo’n multinational is een vaste afnemer van de afvalproducten die elders bij dochters van de moedermaatschappij vrij komen. En weer tot winst omgezet kunnen worden.

Ingrediënten
Het gemiddelde schap in de supermarkt of dierenspeciaalzaak puilt uit van de verschillende merken hondenvoer. En alhoewel de hondenbrokjes van verschillende merken er vaak visueel hetzelfde uitzien, zijn er toch grote verschillen. Niet alle fabrikanten gebruiken goedkope en/of twijfelachtige grondstoffen.

Alhoewel de verkoopprijs van het product, niet altijd een garantie geeft voor kwaliteit. Kun je toch zeggen dat de prijs een goede indicator is voor de kwaliteit die je koopt. Het is onmogelijk voor een fabrikant om voor 30,- (vaak een huismerk) twintig kilo hondenbokken te produceren, en dan ook nog gebruik te maken van kwalitatief goede eiwitten en granen.

De eiwitten die gebruikt worden in hondenvoer komen van verschillende bronnen. Wanneer runderen, varkens, schapen en kippen geslacht worden, gaan de beste delen bij de zoogdieren voornamelijk het spiervlees (de biefstuk, de hamlap, de lamsbout) naar de slagerijen en supermarkten.

Wat er over blijft, botten, ingewanden, longen, en andere delen, kortom alles wat door mensen niet gegeten wordt, kan gebruikt worden als grondstof in de (huis)dierenvoedingsindustrie.

Die andere delen vindt je vaak terug op de verpakking van een zak hondenbrokken met de omschrijving : dierlijke bijproducten, nergens vindt je op de verpakking een precieze definitie, van wat dat nou is.

The Pet Food association in Amerika (branche organisatie) zegt hierover: “De groei van de honden en katten voedingsmarkt zorgt niet alleen voor een goed product voor de honden en kattenbezitters, maar schept ook een winstgevende markt voor producten uit de agrarische sector en voor bijproducten uit de vlees en pluimvee industrie en de voedselindustrie voor de mens.”

Vlees en kippenmeel, bijproductenmeel, en beendermeel zijn gebruikelijke ingrediënten in dierenvoeding. Dit meel wordt verkregen door het smelten van botten, karkassen, vetten enz.

Men krijgt een olie als eindproduct. Het proces scheid vet van water en vaste grondstoffen. Je kunt het vergelijken met een pan zelfgemaakte soep, waarbij door afkoeling er een laag vet ontstaat aan de oppervlakte van de soep.

Het proces dood bacteriën, maar doet ook afbreuk aan de natuurlijke voedingswaarde van de gebruikte grondstoffen.

Daarnaast blijft bij grondstoffen die al een groot aantal bacteriën gevormd hebben (verrotting) het probleem, dat door verhitting wel de bacterie gedood wordt maar niet de reeds gevormde gifstoffen. Je kunt er vanuit gaan dat afval van de levensmiddelen detailhandel, (over code vlees, groente, brood kaas enz.) al vaak verzadigd is van de bacteriën voordat het verwerkt wordt.


Vlees en Pluimvee vetten
Wellicht is je de aparte geur weleens opgevallen als je een zak hondenvoer openmaakt. De herkomst van dit geurtje zijn meestal dierlijke vetten die bederf en ranzigheid van de hondenbrokken moeten voorkomen.

Veel van dit vet komt zeker de laatste tien jaar uit de restaurant en fast food industrie. De afgewerkte olie uit de frituur, wordt meestal in tonnen opgeslagen door het restaurant, en eens in de zoveel tijd opgehaald door de vetsmelterij. Deze verwerkt (verhitting) deze olie, al dan niet vermengd met andere oliesoorten en verstevigd met anti oxidanten tegen bederf. En verkoopt ze aan onder andere de dierenvoedings industrie.

Deze vetten worden direct op de gedroogde hondenbrokken gespoten, zij geven de smaak aan de anders smaakloze brok. Het vet zorgt er ook voor dat andere toegevoegde aroma’s op de brok blijven liggen. Omdat de meeste honden gek zijn op deze vet geurtjes, eten ze toch allemaal lekker de brokjes op waar ze (mits geen vet) anders hun neus voor op zouden halen.

Plantaardige eiwitten
De hoeveelheid van graanproducten in hondenvoer is de laatste tien jaar enorm gestegen. Van oorsprong beschouwt als opvulmiddel door de fabrikanten, vervangen graanproducten nu een aanzienlijk deel van het vlees wat in de eerste commerciële voeders werd gebruikt. De aanwezigheid van voedingsstoffen in deze producten is afhankelijk van de verteerbaarheid van de granen. De hoeveelheid en type van koolhydraten in hondenvoer bepalen de hoeveelheid voedingswaarde dat het dier uiteindelijk krijgt. Honden kunnen sommige soorten koolhydraten bijna geheel opnemen, witte rijst bijvoorbeeld. Tot 20% van de voedingswaarde van andere granen kan aan de vertering van de hond ontsnappen. De voedingswaarde van bonen en haver is bijvoorbeeld laag.


Twee van de top drie ingrediënten in vooral droog hondenvoer, zijn altijd graanproducten in een bepaalde vorm. De reden is vrij simpel, graan is goedkoper als vlees.

Soms gaat het ook behoorlijk mis in 1995 en 1999 zijn er twee incidenten geweest in Amerika, waarbij het graan gebruikt in de hondenbrokken besmet was met een schimmel die er voor zorgde dat de honden moesten overgeven en hun eetlust verloren.

Bij het tweede incident was er ook sprake van een schimmelachtige gifstof in het voer, hierbij overleden 25 honden aan de gevolgen.

Als voornaamste reden was het gebruik van slechte kwaliteit granen en vooral het gebrek aan controle op dit soort besmettingen.


Soja is ook een veel gebruikt ingrediënt, wat vaak gebruikt wordt als eiwitten en energiebron in het voer. Fabrikanten gebruiken het ook als massa, een hond die soja rijk voedsel krijgt is eerder verzadigt. Vegetarisch hondenvoedsel gebruikt de soja vaak als eiwittenbron.


Toevoegingen en Conserveringsmiddelen.
Het toevoegen van chemisch samengestelde producten, wordt gebruikt om o.a. de smaak en houdbaarheid te garanderen. Toevoegingen die bijdragen in het tegengaan van de scheiding tussen vet en water in het voer. Anti oxidanten die voorkomen dat het vet ranzig wordt. En kleur, geur en smaakstoffen om het voer er aantrekkelijk uit te laten zien voor de baasjes en smakelijk te laten zijn voor de hond.

Het toevoegen van chemische producten is al heel oud. Het werd vroeger al gebruikt in de vorm van kruiden, natuurlijke conserveringsmiddelen. De laatste 40 jaar is het aantal van toevoegingen echter zeer toegenomen.

Alle commerciële voeders bevatten conserveringsmiddelen, de fabrikant wil zich verzekeren van een lange houdbaarheid. Het is vrij normaal als een hondenbrok 18 maanden voordat de houdbaarheidsdatum verloopt, geproduceerd is. Er zijn synthetische en natuurlijke conserveringsmiddelen. De meningen over, en onderzoeken naar de synthetische middelen lopen nogal uiteen. De ene wetenschapper zegt dat er, gezien de toegestane hoeveelheden niets te vrezen is. Anderen achten deze conserveringsmiddelen mede verantwoordelijk als verhoogde risicofactor voor tal van ziektes, zoals huid ziektes en onvruchtbaarheid.

De natuurlijke conserveringsmiddelen bestaan uit vitamine C en vitamine D preparaten, oliën van verschillende kruiden, sommige natuurlijke conserveringsmiddelen bevatten zelf ook weer chemische conserveringsmiddelen om ze te zelf te conserveren. Bijvoorbeeld vismeel en sommige vitaminen preparaten. Je weet dus eigenlijk maar zelden wat er nou precies in de hondenbrokken zit die je hond eet. En de meeste fabrikanten houden de specificatie op de zak erg globaal zoals: Met in de EG toegestane kleurstoffen, antioxidanten en conserveermiddelen. Een kritische vraag op dit punt richting fabrikant is dus geen overbodige luxe.

Het productie proces
Hondenbrokken worden gemaakt met een “expander” machine, eerst worden rauwe producten gemengd in een “blender” de verhoudingen in overeenstemming met een recept gemaakt door een dieren voedingsdeskundige. Het mengsel komt onder stoom of er wordt heet water toegevoegd, o.i.v. stoom, druk, hoge hitte word het mengsel naar een mal gebracht, die de uiteindelijke vorm van de brokken bepaald. En worden ze opgeblazen als popcorn, het voedsel moet drogen en daarna wordt het overspoten met vet, en andere toevoegingen om het smakelijker te maken. Alhoewel door de grote hitte tijdens de bereiding bacteriën dood gaan, kan tijdens het daaropvolgend drogingproces, het “coating”proces met vet, en bij het inpakken weer bacteriën gevormd worden als dit niet hygiënisch gebeurd.

Ingrediënten voor droogvoer, diners, natvoer (blik) zijn overwegend hetzelfde. Wel zijn de percentages anders (o.a. eiwit, vet) het grootste verschil tussen droog en nat is natuurlijk het vochtgehalte. Als er in blikvoer “stukken vlees” zitten, zijn dit ook gewoon grof gevormde stukken uit dezelfde basisingrediënten.

Wat er dan uiteindelijk op de zak hondenbrokken komt te staan kan eruit zien als volgt: Ik neem een voer met een samenstelling van 5 verschillend gekleurde en gevormde brokjes die elk een specifiek kenmerk hebben. Het bevat rund, rijst, granen, groenten en wortelen brokjes.

Als we de samenstelling bekijken lezen we: Granen (min. 20% granen in de brokken met graan, min. 4% rijst in de brokken met rijst), plantaardige bijproducten (min. 4% rund in de brokken met rund), oliën en vetten, groenten (min 0.5% cichorei, min 4% groenten in de brokken met groenten, min. 4% wortelen in de brokken met wortel), mineralen.

Je ziet hoe minimaal de percentages zijn van de grondstof waarnaar het brokje is genoemd. En de in dit geval rode brok die “rund” suggereert, heeft slechts 4% rund in zich, wat is die andere 96%?


Graanproducten vormen vaak het hoofdbestanddeel in hondenvoeding, de meeste mensen maken een keus voor een merk en voeren dat gedurende een lange tijd aan de hond. In feite eet zo’n een voeding rijk aan koolhydraten met weinig afwisseling. De voeders staan in schril contrast met het oorspronkelijke voer dat de voorouders aten. Dat was zeer eiwitrijk en gevarieerd, problemen die geassocieerd worden met de voeding van de hond zien we dagelijks bij de dierenarts. Chronische ziekten zoals veelvuldig overgeven, diaree, ontstekingen aan ingewanden komen vaak voor.

Allergie voor een voer, zie je ook geregeld. En er zijn tal van speciale dieetvoeren ontwikkeld bij de dierenarts te koop voor honden die het gangbare voer niet (meer) verdragen. Het aantal bacteriën in een droog voer is vaak te hoog, vooral als mensen het voer laten weken in een vloeistof, en het een tijdje bij kamertemperatuur staat te “broeien”. Je leest dat advies nog weleens bij puppybrokken.

Klachten van de urinewegen kunnen vaak rechtstreeks gekoppeld worden aan het voer. De historie heeft bewezen dat commerciële voeders ziekten kunnen veroorzaken. De verkeerde samenstelling van puppyvoer voor met name de grote en snelgroeiende rassen. Heeft in het verleden bijgedragen in de ontwikkeling van gewrichtsziekten als heup en elleboogdysplasie. Nu zijn er gelukkig speciale voeders voor deze groep honden.

Conclusies
Bottom line is dat met name goedkope hondenvoeders, die hoofdzakelijk bestaan uit granen van mindere kwaliteit. En waarbij het vleesbestanddeel , van twijfelachtige kwaliteit “kapotgekookt” is, in de grote machines. Niet echt een goede voedingswaarde hebben en veilig zijn m.b.t. bacteriën en ziekteverwekkers, voor onze honden.

Dit verhaal hierboven is een algemeen verhaal over hondenvoeding, er zijn echter zoals in elke bedrijfstak een aantal slechte en goede fabrikanten. Dus dat betekend dat er zeer zeker grote kwaliteit verschillen zijn in het voedsel wat je kan kopen. Een kritische houding van de consument is zeker gewenst, omdat de mens bepaald wat het dier te eten krijgt. Dus kijk naast de reclame slogans zoals eerder genoemd, vooral wat dieper naar het voer dat je koopt.

Een goed criterium is om in ieder geval te kiezen voor een aanbieder die geen kleur, geur en smaakstoffen gebruikt en ook de anti oxidanten links laat liggen.

Durf ook kritische vragen te stellen richting fabrikant over de verwerkte grondstoffen en de herkomst ervan. Alsmede over de voorzorgsmaatregelen die de fabrikant neemt om bacteriologische besmettingen te voorkomen.

Een goede fabrikant staat open voor dit soort vragen, en is zich bewust van de mondigheid van de consument. Een goed voorbeeld hiervan is Prins dierenvoeding, waarbij een telefoonnummer gegeven wordt op de site waar mensen rechtstreeks vragen kunnen stellen aan de fabrikant. Waarschijnlijk zijn er meerdere die dit doen, maar van dit bedrijf weet ik toevallig dat ze deze service bieden.

Ook komen er alternatieven op de markt, binnen de droogvoermarkt is er op het moment ook Ecologische/Biologische voeding te verkrijgen. Waarbij de fabrikant zich beroept op de verantwoorde en zuivere herkomst van zijn grondstoffen.

Voor mensen die liever helemaal van het droogvoer af willen zijn er fabrikanten die verse natuurvoeding produceren. En daarnaast op een duidelijke en heldere manier de voordelen uitleggen van dit voer.

Tot slot is er een steeds grotere groep mensen, die met de voeding van hun hond teruggaan naar de grondbeginselen. Ik heb het over Bones And Raw Foods (BARF), dit is een manier waarbij de hond nog enkel en alleen verse (rauwe) grondstoffen krijgt. De gebruikers propageren het natuurlijke van deze methode. En er komen steeds meer tevreden gebruikers en wetenschappers die publiceren over deze methode.

G.Nagel
#498356
Ik ben een paar jaar geleden op een lezing geweest van de stichting Felissana (katten en gezondheid) op de universiteit in Utrecht.
De lezing werd gesponsord door Royal Canin en dan krijgen zij ook altijd de kans om een spreker te leveren.

Daar gaf een dierenarts een hele verhandeling voer de nieuwe voederlijn voor katten, voor ieder ras een eigen brokje.
Daar is dus heel wat onderzoek aan vooraf gegaan, wij lagen in een deuk. Zag je opnames van katten die van onderen gefilmd werden door een glazen plaat waar brokjes op lagen en dan keken ze per ras hoe snel ze die brokjes konden eten. Hoe de Pers met korte snuit heel veel niet kon eten, daar waar de Maine Coon meerdere brokjes tegelijk at.
Ik denk dat dit nou typisch onderzoeken zijn die ze op de universiteit laten uitvoeren, leuk voor de studenten...
Daarnaast is de universiteit dan weer blij met een stukje betaald onderzoekswerk.
#498459
Fido schreef:



Geachte heer PIIIEEEP ( :-X),



Ik heb alle literatuur/lectuur uit, tussen de opstart van het bedrijf door.

Het is deels consumentenlectuur. Waar kosten nog moeite door jullie bespaart blijven. Deels literatuur waar ik wat aan heb.

Royal canin is geen slecht voer.

Echter de prijs wordt door vele klanten bij ons als hoog ervaren.

Wat ik als kantekening heb is de apocalyptische verscheidenheid in onderhoudsvoer. Voer voor de Duitse herder, voor de Tekkel,....Oosters korthaar, pers, siamees.....

Zijn de verteringstelsels van al die honden en katten anders?? Het zijn fysiologisch qua vertering toch wolven en tijgers??

Het is betreurlijk dat er verscheidene additieven als ontstekingsremmers (Duitse Herders) in het voer gedaan worden.

Onze gedachte in het zakelijk concept Any Animal is dat de kat en hond , tijger en wolf zijn( qua vertering) en als dusdanig gevoerd moeten worden. Prooien dus.

Samengevat is dit mijn reactie.




Vriendelijke groet,



Erwin van Gijtenbeek
Dierenarts.
Owwww wat goed! Ik ben zo benieuwd naar een reply (als dat al komt...)
 Terug naar “Vragen en Problemen over gezondheid”

Barfplaats wordt gesponsord door