Jeetje, ahhh, wat zielig
!
Ik vind dit:
"Behandeling:
Twee manieren kunnen gebruikt worden om de ziekte te behandelen.
Ten eerste zijn er medicijnen die de hormoonproductie kunnen afremmen.
Het is moeilijk om hiermee weer een normale schildklierfunctie te krijgen en het effect is wisselend. Herhaald bloedonderzoek is nodig om de juiste dosering vast te stellen. Als de behandeling succesvol is moet het dier levenslang medicijnen krijgen.
Ten tweede is het mogelijk om de aangetaste schildklier(en) operatief te verwijderen. Dit geeft goede resultaten. De beste oplossing is een combinatie van beide; eerst medicijnen om het dier in een betere conditie te brengen en dan (na +/- 2 weken) opereren.
Als 1 schildklier wordt verwijderd, kan de andere voldoende hormoon produceren voor een normaal leven. Als beide klieren eruit gehaald zijn moet de kat meestal levenslang hormoontabletten krijgen.
Bijwerkingen en complicaties
De tabletten kunnen braakklachten en verlies van eetlust veroorzaken.
De operatie kent naast de gebruikelijke operatierisico's 2 dingen die bijzondere aandacht vragen. In de eerste plaats ligt de bijschildklier tegen de schildklier aan en mag niet mee verwijderd worden, omdat er anders een ernstige verstoring van de kalkhuishouding ontstaat.
Ten tweede loopt de stembandzenuw vlak langs de schildklier en ook deze moet ontweken worden.
Beide zaken geven hij een zorgvuldige operatietechniek geen problemen.
Een zeldzaam probleem is het zogenaamde ectopische schildklierweefsel, dit wil zeggen schildklierweefsel wat zich op een andere plaats dan de gewone schildklieren bevindt. In enkele gevallen kan ook dit weefsel, na verwijdering van de gewone klieren, toch nog teveel hormoon produceren. Opsporing hiervan is lastig, de beste behandeling is dan met schildklierremmers".
Bron:
http://www.dierenartsonline.nl/adviesbr ... de_ka.html